Kennismaken Happertje

happertje

Veel leerlingen/studenten vinden de start van het nieuwe schooljaar spannend. Leerlingen/studenten hebben elkaar vaak de hele lange zomervakantie niet gezien en kunnen onzeker zijn. Zeker wanneer ze in een nieuwe groep starten of beginnen in de brugklas of een nieuwe school. Veel kennismakingsspelletjes helpen om ervoor te zorgen dat leerlingen/studenten zich prettig gaan voelen in de groep. In een klein groepje een ‘happertje’ maken is een leuke activiteit waarbij ze elkaar helpen bij het vouwen en daarna met het happertje met elkaar in gesprek gaan. Over wat ze willen, hopen en verwachten bij voorbeeld.
Mijn ervaring is dat leerlingen/studenten in de pauze vaak doorgaan met het anderen bevragen met behulp van het Happertje.

De vragen/zinnen die aangevuld moeten worden, die op het Happertje staan, zijn:

  • Een nieuwe klas is leuk want…
  • Als ik iets niet weet vraag ik het aan…
  • De fijnste plek op school is…
  • Het leukste schoolvak is…
  • Wat ik dit schooljaar zeker ga doen is….
  • Ik hoop vooral dat.…
  • Ik ben dol op…
  • Wat je over mij moet weten is…


Ik kreeg vragen of ik ook een versie kon maken voor gebruik in de Franse les . Deze versie vind je HIER. Er is ook een variant in het Engels klik daarvoor HIER.

De ‘gewone’Nederlandse versie vind je HIER

Ook collega’s kunnen elkaar beter leren kennen met een happertje. Die versie vind je HIER.

Doel

  • Creëren van een veilige gezellige sfeer
  • Bevorderen positief groepsgevoel
  • (opnieuw) kennismaken
  • Delen van verwachtingen
  • Delen van persoonlijke zaken
  • Op een positieve vooruitkijken naar het nieuwe schooljaar

Voor wie

  • Bovenbouw PO
  • VO
  • Mbo
  • Hbo

Werkwijze

  • Verdeel de groep in tweetallen of kleine groepjes
  • Print voor alle leerlingen/studenten het werkblad uit: KLIK HIER
  • Laat leerlingen/studenten het Happertje uitknippen en vouwen.
  • Sommige leerlingen/studenten kennen dit al en kunnen anderen helpen
  • Leerlingen/studenten gaan vervolgens elkaar bevragen en in gesprek over die vragen
  • Bespreek klassikaal de opbrengsten na.

BRON
Het ‘Happertje’ kende ik uit mijn jeugd. Deze werkvorm heb ik hierop gebaseerd en vorm gegeven zodat het paste bij mijn praktijksituatie. Ik heb naar de oorspronkelijke bron gezocht maar niet gevonden.

Dit schooljaar positief beginnen met leerlingen?

Goed voorbereiden op de Gouden Weken na de vakantie?

Meer weten over groepsdynamiek en de eerste weken van het schooljaar? Ga met je team aan de slag tijdens een actieve, praktijkgerichte workshop:

Kaartje volgend schooljaar

kaart aan je toekomstige zelf in het nieuwe schooljaar

In het onderwijs zijn er twee natuurlijke momenten waarop je met leerlingen/studenten een nieuwe start maakt. De jaarwisseling na de kerstvakantie en het nieuwe schooljaar na de zomer. Er wordt dan terug gekeken en er worden nieuwe voornemens gemaakt. Met deze werkvorm ‘kaartje volgend schooljaar’ kijken leerlingen/studenten vooral vooruit. Ze sturen een kaartje aan zichzelf dat ze inleveren bij hun mentor. De mentor geeft dit kaartje aan de nieuwe mentor van de leerling. De nieuwe mentor geeft ze in de beginweken van het nieuwe schooljaar weer terug aan de leerling/student. Leerlingen/studenten kunnen zo kijken of hun goede voornemens en plannen nog steeds hetzelfde zijn. Voor de ‘oude’ mentor is het een hulpmiddel bij de overdracht en de nieuwe mentor kan het kaartje wellicht gebruiken bij het eerste mentorgesprek.

Doel

  • Op een positieve vooruitkijken naar het nieuwe schooljaar
  • Bewust maken van wat goed gaat
  • Bewust stilstaan bij wat belangrijk is
  • Doelen stellen voor het nieuwe schooljaar
  • Kort, praktisch en concreet formuleren van voornemens

Voor wie

  • Bovenbouw PO
  • VO
  • Mbo

Werkwijze

  • Print voor alle leerlingen/studenten het werkblad met het kaartje uit. KLIK HIER
  • Leerlingen/studenten knippen de kaart uit en vouwen er een ‘ansichtkaart’ van.
  • Ze beantwoorden de vragen, vullen hun adres gegevens in en wanneer ze tijd over hebben kunnen ze een tekening of wens schrijven in het blanco vakje.
  • Laat de kaarten inleveren en bezorg ze via de nieuwe mentor weer teug na de zomervakantie
  • Bespreek na óf klassikaal óf in kleine groepjes.

Verder lezen

  • Dirk van der Wulp: Tijdschrift voor Kinder- en Jeugdpsychotherapie 2008 KLIK HIER
  • Fredrike Bannink: Optimaal Onderwijs 2021
  • Artikel “Doelen stellen met behulp van Covey” Cor Verbeek CPS KLIK HIER

Dit school jaar positief afsluiten met leerlingen/studenten?

Goed voorbereiden op de Gouden Weken na de vakantie?

Wat past bij wie

afbeelding formulier wat past bij wie

Na iedere vakantie is het goed om aandacht te besteden aan de dynamiek in de groep. Soms is er gedoe tussen leerlingen/studenten. Zeker na vakanties kan het soms lijken of de hele ‘norming-storming’-fase helemaal opnieuw begint.
Allerlei vormen van kennismakingsspelletjes en energizes helpen om van een groep ‘losse’ individuen een groep te maken. Elkaar (beter) leren kennen helpt leerlingen/studenten om hun positie in de groep in te nemen zonder dat er iemand wordt buitengesloten of het gevoel heeft er niet bij te horen. Groepsbindende werkvormen zorgen ervoor dat het groepsgevoel versterkt wordt. Een gezonde groepsdynamiek zorgt voor veiligheid en veiligheid is weer een voorwaarde om tot leren te kunnen komen. Deze werkvorm zet leerlingen/studenten aan om in korte tijd zoveel mogelijk van elkaar te weten te komen.

Doel:

  • Ontspannen Energizer
  • Bewust maken van eigen kennis over klasgenoten 
  • Elkaar beter leren kennen
  • Binding in de groep versterken
  • (H)erkennen van eigenschappen
  • Inzicht krijgen in eigen en andermans kwaliteiten
  • Creëren van een veilige gezellige sfeer
  • Bevorderen positief groepsgevoel

Voor wie

  • Bovenbouw PO
  • VO
  • MBO

Werkwijze

  • Download het Wat-past-bij-wie-formulier: KLIK HIER .
  • Geef alle leerlingen/studenten een formulier en geef ze een minuut of tien de tijd om het in te vullen. Instructie voor leerlingen:
    • Vul het formulier in​
    • Werk in stilte​ en niet ‘spieken’
    • Pas op: je krijgt maar kort de tijd​
    • Per uitspraak mag je in ieder vakje een naam zetten ​(max 9 namen)   
    • Ken je niemand die past bij de uitspraak dan vul je niets in
    • Past de uitspraak bij jezelf: leuk maar niet invullen! Het gaat erom wat je van je klasgenoten weet
    • Wie de meeste namen goed heeft kent de klas het best​
  • Bespreek klassikaal na:
    • Laat op het bord de uitspraken zien
    • Leerlingen/studenten steken hun vinger op wanneer een uitspraak bij hen past
    • Leerlingen/studenten kijken goed rond en zetten een ‘krul’ bij de namen die ze goed hadden.
    • ‘Krullen’ laten optellen.
    • Iedereen laten opstaan.
    • Degenen die er minder dan vijf goed hebben gaan zitten, vervolgens degenen met minder dan tien, minder dan vijftien enz.
    • Degene die het laatste staat is de ‘Master’ van deze klas wanneer het gaat om kennis van klasgenoten

Tips

  • Er is een vraag (ongeveer halverwege) over wie er een tatoeage heeft: dit leidt tot hilariteit of vragen. Er was echter een van mijn leerlingen/studenten die een tatoeage had: een klein puntje op zijn pols met daarin as van zijn oma. Mooi om aan te halen.
  • Hou er vaart in dan blijft het leuk. Laat ze ook niet eindeloos lang doen over het invullen, leerlingen die snel klaar zijn gaan zich dan vervelen.

Verder lezen:

  • Bakker, M., & Mijland, I. (2009). Handboek positievbe groepsvorming. Oirschot: Quirijn.
  • Remmerswaal, J. (2013). Handboek groepsdynamica. Amsterdam: Boom.

Werkvormen om de saamhorigheid in een groep te versterken:

Soms ‘rommelt’ het in de groep. Het lijkt of de sfeer helemaal verstoord is. Leerlingen/studenten hebben elkaar bij voorbeeld vrij lang niet gezien of in de vakantie is er van alles gebeurd dat de groepsdynamiek op scherp stelt. Het is belangrijk om opnieuw te investeren in groepsbindende activiteiten: kennismakingsspellen, werkvormen die een positieve sfeer in de groep bestendigen. Een mooie manier daarvoor is werken met ‘complimentenmemory’.

Ook met het stellingen-pakket ‘GroepsGedoe’ leren leerlingen/studenten elkaar beter kennen en leren ze vooral hoe ze zelf invoed kunnen hebben op de dynamiek in de groep.

Eigendunk

foto leerlingen in de kring

Een actieve en activerende werkvorm waarbij leerlingen/studenten elkaar beter leren kennen en er een enthousiaste prettige sfeer in de groep ontstaat. Leerlingen/studenten vinden het vaak moeilijk om te benoemen waar ze goed in zijn. Zeggen dat je ergens goed in bent getuigt in hun ogen van eigendunk en als je iets niet mag hebben is het ‘eigendunk’. Meteen een mooie gelegenheid om het te hebben over eigendunk en het verschil met zelfwaardering en terecht trots mogen zijn op iets waarin je goed bent.

Eigendunk betekent dat iemand een te hoog oordeel over zichzelf heeft, vaak op een onrealistische manier. Het gaat om een overdreven mening over je eigen vaardigheden, prestaties of waarde. Iemand met veel eigendunk kan zichzelf als beter of belangrijker zien dan anderen, wat soms leidt tot arrogantie of zelfoverschatting (Swann et al., 2000).

Eigendunk kan ook betekenen dat iemand te veel nadruk legt op zijn eigen mening en capaciteiten, zonder rekening te houden met wat anderen denken of ervaren (Campbell et al., 2006). Het verschil met zelfvertrouwen is dat eigendunk vaak niet realistisch is, terwijl zelfvertrouwen gebaseerd is op een eerlijk en gezond beeld van je eigen kunnen (Baumeister et al., 2003).

Het spel lijkt op een stoelendans.

Doel:

  • Op een andere manier kennismaken met docent en met elkaar
  • Aandacht richten op elkaar en op de groep
  • Leren delen van kwaliteiten met de groep
  • Leren ontvangen en geven van complimenten
  • Anderen helpen kwaliteiten te (h)erkennen
  • Creëren van een veilige gezellige sfeer

Voor wie:

Bovenbouw PO
VO
MBO

Werkwijze:

Hiervoor is ruimte nodig in het lokaal. Alle deelnemers zitten op stoelen in een kring. Het spel begint als ‘Fruitmandje’, een soort stoelendans die een aantal leerlingen al zullen kennen.
Elke deelnemer krijgt één van de drie fruitsoorten appel, peer of banaan toegewezen.
De docent staat in het midden van de kring en roept een fruitsoort, bijvoorbeeld banaan. Alle bananen moeten op dat moment opstaan en een andere plaats zoeken. Je kunt ook ‘fruitmandje’ roepen ten teken dat iedereen een andere plek moet zoeken.

Dit oefen je even met alle fruitsoorten om vervolgens (als docent) zelf mee te gaan spelen; je gaat ook op zoek naar een lege stoel.
Vanaf dat moment is er dus altijd een stoel te weinig en degene die geen stoel kan vinden moet in het midden gaan staan en een fruitsoort roepen.

Als dit een tijdje op deze manier gespeeld is verandert het spel in het ‘Eigendunk’-spel.

Er wordt door degene die in het midden staat geen fruit meer geroepen maar er wordt gezegd: “Ik ben goed in….”.Deze leerling noemt dan iets op waar ze goed in zijn en iedereen die daar ook goed in is (al is het maar een heel klein beetje) rent naar een andere stoel.

Het leuke van deze oefening is dat leerlingen/studenten elkaar gaan helpen. Wanneer iemand in het midden staat die maar niet kan bedenken waar hij of zij goed in, is zullen groepsgenoten snel zeggen; “Oh, maar jij bent heel goed in….”. Dit is heel ondersteunend en een meerwaarde voor de positieve sfeer in de groep.

Complimenten

Niet voor iedereen is het gemakkelijk om complimenten te ontvangen. Iets positiefs zeggen over jezelf is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Een ander positieve feedback geven is vaak makkelijker. Een enkeling vindt het moeilijk om een compliment in ontvangst te nemen. Iemand die een compliment krijgt staat even in het middelpunt van de belangstelling. Niet iedereen vindt dat fijn. Mensen kunnen het moeilijk vinden om zich een houding te geven wanneer ze een compliment krijgen. Zo wordt een compliment wel eens weggelachen of voelt iemand zich verplicht om een complimentje terug te geven. Dat vormt dan een mooie aanleiding om een (deel van de) les te besteden aan complimenten geven en ontvangen.
Daarin kunnen de volgende onderstaande aandachtspunten meegenomen worden.

Tips om een compliment op een goede manier te geven:

  • Doe het persoonlijk
  • Gebruik de ik-vorm
  • Maak het specifiek
  • Maak het zo concreet mogelijk
  • Licht eventueel je compliment toe met een voorbeeld

Tips om een compliment op een goede manier te ontvangen:

  • Maak oogcontact
  • Bedank de ander
  • Twijfel niet aan de goede bedoeling
  • Geniet van het moment

KLIK HIER voor meer info

Verder lezen

  • Swann, W. B., Rentfrow, P. J., & Guinn, J. D. (2003). Self-esteem and the pursuit of self-esteem. In M. R. Leary & J. P. Tangney (Eds.), Handbook of Self and Identity (pp. 614–638). Guilford Press.
  • Campbell, J. D., Trapnell, P. D., Heine, S. J., Katz, I. M., & Lavallee, L. F. (2006). Self-esteem and subjective well-being: A test of the domain specificity of self-esteem. Journal of Personality and Social Psychology, 70(4), 1040-1057.
  • Baumeister, R. F., Campbell, J. D., & Krueger, J. I. (2003). Does high self-esteem cause better performance, interpersonal success, happiness, or healthier lifestyles? Psychological Science in the Public Interest, 4(1), 1-44.

Bron

Voor deze werkvorm heb ik het spel ‘Fruitmandje’ zodanig vorm gegeven dat het paste bij mijn praktijksituatie. Ik heb naar de oorspronkelijke bron van ‘Fruitmandje’ gezocht maar niet gevonden.

Met GroepsGedoe 2.0 zet je jongeren aan het denken. Jongeren krijgen meer zicht op  de impact die ieders doen en laten heeft op de groep en hoe dat soms schadelijk kan zijn. Door het werken met dit spel worden jongeren bewust gemaakt van wat ze samen kunnen doen om voor een veilig sociaal klimaat in de groep te zorgen.
Het is geschikt voor gebruik in de klas maar ook buiten het onderwijs in te zetten. Meer info:  KLIK HIER.